1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6

Mijn wegwielerseizoen 2014 begon met de Triptyque des Monts et Chateaux. Een, zoals de naam al zegt, driedaagse met de nodige klimmetjes en daarnaast ook nog een tijdrit waarin verschillen gemaakt konden worden. Omdat mijn eerste weken ieder jaar vooral een kwestie van conditieachterstand goedmaken zijn, waren de doelen voor deze 3 dagen niet al te hoog en was het vooral zaak om de wedstrijden goed uit te rijden.

Dag 1 was de gemakkelijkste van al, in het begin was er het nodige nerveuze gedrang, maar toen de controle kwam van de sprintersploegen werd al snel duidelijk dat we op een massasprint afstuurden. Ondertussen pakte ik nog wat bonificatieseconden, zodat ik wat later kon starten in de tijdrit. In die verwachte massasprint trokken we de kaart André Looij, in die laatste kilometers zetten hij zich in mijn wiel en wat er gebeurde hij bleef er altijd in. Vervolgens bleef ik elke keer vooraan in het peloton en in de laatste kilometers kregen we steun van ploegmaat Timo Roosen om helemaal van voren te blijven. In de laatste kilometer reed ik nog naast de sprinterstreintjes om André op 400 meter af te zetten in het wiel van de Kazakken, die toen op kop reden. Op 250 ging hij aan, sloeg een gat van een paar fietslengtes en gaf die niet meer af.

Een hele mooie overwinning, waar ik al meteen een (klein) deel van uit mocht maken. 

Dag 2 begon met een tijdrit, in het middenstuk viel ik wat stil, maar ik eindigde weer wat beter en finishte als 13e op 13 seconden van de Brit Dibben. In de middag kwam nog een rit van 100 km met op het einde 3 plaatselijke rondes met daarin de beklimming van de Kluisberg. In het begin reed ik lek en zakte mij stuur, waardoor ik 2 keer moest wisselen en pas net voor het plaatselijke rondje weer aansloot in het peloton. Toen de enerlaatste ronde gekoerst werd op de Kluisberg kon ik toch goed volgen en bleven we met een groep van 20 man over. Helaas kwam alles terug en in de finale kreeg ik te maken met kramp, waardoor ik op de laatste keer Kluisberg niet nogmaals de aanvallen kon pareren. Uiteindelijk eindigde ik als 36e op 15 sec.

Op de laatste dag zaten de meeste en lastige klimmetjes waarbij we regelmatig percentages boven 10% tegenkwamen, met daarbij ook nog vaak kasseien als ondergrond. Nadat enkele groepjes wegreden en weer teruggepakt werden besloot ik na een lastig klimmetje door te trekken en ik kreeg 5 man mee, waaronder ploegmaat Ricardo van Dongen. Deze groep dikte nog aan tot 10 renners en al snel liepen we uit tot anderhalve minuut. Op dat moment werd ik zelfs virtueel leider, maar dat veranderde al snel toen een elitegroepje met daarin een paar klassementsmannen kwam aansluiten. Ik kon ondertussen wel nog wat bonificatie's pakken, waardoor ik sowieso nog wat plekken zou winnen. Op de laatste beklimming kwam het peloton in extremis aansluiten, maar toen bovenop weer doorgetrokken werd scheurde het alsnog en bleef een groep van 40 vooruit. Met deze 40 werd gesprint om de overwinning, waarbij ik de steun kreeg van mijn ploegmaat Cees Bol. In de laatste rechte lijn van 300 meter zat ik nog rond plek 10, maar al snel kwam er ruimte en kwam ik verder van voren. Ik kwam uit het wiel van gele trui Owain Doull, maar dit ging helaas net niet snel genoeg, Doull won, ik strandde op een half wiel..   

In het algemeen klassement eindigde ik uiteindelijk als 6e, op 23 seconden van Doull, daarnaast werd ik 2e in het tussensprintklassement, 3e in het sprintklassement en 9e in het bergklassement. Uiteindelijk toch al ongelooflijke klasseringen na amper 1 maand trainen en dat tussen jongens die al vanaf november bezig zijn met de opbouw van dit seizoen. Aankomende zaterdag rijd ik de beloftenversie van de Ronde van Vlaanderen, een hele mooie wedstrijd die mij zeker ligt. Toch blijf ik reëel en hoop ik vooral de wedstrijd goed uit te rijden, alles wat beter is, is nog altijd mooi meegenomen. Het seizoen is in ieder geval goed begonnen.